Welcome to Eddie

always in extase



door Eddie Baantjerij


interim wethouder, kandidaat burgemeester,

politiek bestuurder van formaat, mensenkenner

van formaat en voorstander van een feestgemeente

Eindejaarsoverweging


Het jaar zit erop en in mijn vakantiehotel “La Siesta” te Middelkerke aan de Belgische kust heb ik mij gestort in deze eindejaarsoverweging. De zee is rustig en vanuit mijn kamer heb ik een fantastisch uitzicht op een rustige zee zonder tsunami’s die zo op het eind van het jaar Azië en de rest van de wereld in het verderf hebben gestort. Op het strand steppen de leden van de Nederlandse Autoped Federatie voorbij. (www.autoped.nl). Het wordt er alleen maar droeviger op om die volwassen kerels over het harde zand te zien zwoegen, alsof er niets aan de hand is en de zee hun grootste bondgenoot. Ik vind het maar niks. Het was inderdaad ook drie keer niks het afgelopen jaar in ons Leiderdorp. 


Begrotingen werden ook dit jaar weer voor de zoveelste keer overschreden en de verantwoordelijke wethouder heeft in zijn afscheidsverhoor honderdmaal geroepen dat hij zich niets meer kon herinneren. Ook sprak hij in de derde persoon enkel- en meervoud alsof hij er zelf niet bij was geweest. Dat was hij volgens mij ook niet en ik vraag me af of hij het zelf nog wel weet dat hij wethouder was. Inmiddels wordt de burgerij getart met slechte Casema-contracten die we nog te danken hebben aan een vrouwelijke wethouder van rechtse huize. Van de personen die altijd roepen dat ze van hun fouten hebben geleerd. Maar dat heb je met dit ambt. Er zijn geen bekwaamheidseisen voor dit ambt en iedere idioot die wat leuks roept kan zomaar wethouder worden. Dat is juist zo leuk in Nederland. 


Dan spreek ik nog maar niet van de verhogingen van de overige gemeentelijke lasten die het komende jaar over de burgers zullen worden uitgestort. Ik beken het: we hebben er gewoon dit jaar weer niks van gebakken. Straks komt de nieuwjaarsreceptie en ik hou mijn hart vast voor de saboteurs die het ons tijdens deze feestelijke gebeurtenis weer moeilijk zullen maken met hun subversieve acties. Het ergste van alles vind ik wel, dat ik dit jaar als verantwoordelijk wethouder geen feest heb kunnen realiseren. Zeker in deze moeilijke tijden had een beetje vrolijkheid de burger meer moed hebben gegeven. Mijn leven lang woon ik al in “ons dorp” en heb het mooie groen naar de gallemiezen zien gaan. Nu ik er wat extra torenflats heb bijgezet wordt iedereen boos. Ik kan het soms ook niet meer begrijpen. Ik heb, uit nostalgie, wat fotoboeken meegenomen naar dit verrukkelijke Belgische oord. Het zijn voornamelijk jeugdfoto’s en ik zag op één van de foto’s een oude dorpsgenoot staan. Hij werd beroemd om zijn wielrentalent en heeft Leiderdorp in zijn glorieperiode op de kaart gezet. Ik heb de foto in een envelop gedaan en hem vanochtend met een begeleidend briefje per post aan hem verzonden.


Beste Gerben,


Wel wat laat, maar eindelijk vond ik de foto in "een oude schoenendoos". Ik sprak je tijdens de Sportverkiezingen 2004 in Leiderdorp en beloofde je hem te sturen. Ik kende je van vroeger, omdat wij op de Kom van Aaiweg woonden en jij zo vlakbij in de Schoolstraat. Wij woonden vlakbij de familie Koorenschoof die altijd ruzie maakte over een gemeentehek dat langs hun tuin was geplaatst. Het hek is uiteindelijk met bijlen door een tiental buurtbewoners in een spontane actie aan stukken geslagen. Zo konden ze niet meer ouwehoeren als de buren elkaar eens op wilden zoeken zonder een straat te hoeven omlopen en konden de kinderen van de openbare school na schooltijd door de poort rennen en op de sloot aan de Berkenkade gaan sleeën en schaatsen. Ze konden zomers door de poort rennen om daarna de sloot over te varen en in de weilanden te rennen. En, weet je nog die ouwe oma Hollebeek die wel 20 katten rond had lopen. Ik herinner me nog een detail. Als jongetje van een jaar of 4- 5 stak ik ooit het bed van mijn vader in de fik. De hele buurt liep natuurlijk uit en jij stond ook voor de deur. Je schreeuwde nog naar me: "Ik zou maar maken dat je wegkomt, anders krijg je een pak op je lazer!"  Ik kroop inderdaad weg en na een halve dag vonden ze me natuurlijk. Ik zat verstopt in een onmogelijke plek onder een dressoir en heb daarna nog dagen met een rooie kont rondgelopen waar ik nauwelijks op kon zitten. Ook schaatste je veel op de slootjes aan de Berkenkade, langs boer Samsom en nog veel verder. Je maakte immens lange tochten, dat hoorde ik weer van mijn broer die ergens bij de Kaag afhaakte en verkleumd thuiskwam. Je schaatste maar door en uiteindelijk haalde je hoge classificaties bij de Nederlandse kampioenschappen, maar in het wielrennen was je de beste, op Jopie Zoetemelk na. Ook verzamelde je eens met een man of tien al het gedroogde gras in de omgeving van de Schoolstraat en gooide je het op een hoop naast dat openbare schooltje. En toen de fik erin. Er woonde zo'n veldwachter in de straat, maar een dader heeft ie volgens mij nooit gevonden. En dan het beroemde "kuchen" voor je deur, zodat je de auto van je vader kon starten en je stiekum rondjes kon rijden over de Acacialaan. Ik meen op zondagmiddag, want dan  deed ie volgens mij een tukkie. Beste Gerben, ik zit hier middenin een eindejaarsoverweging in het Belgse en mijmer over de teloorgang van ons geboortedorp. Je hebt het dorp tijdens je laatste bezoek kunnen zien. Je kon geeneens je eigen straat van toen meer vinden en belandde ergens in de Winkelhof omdat je dacht dat ze de Hoofdstraat hadden afgebroken. 


Eddie

copyright Ton de Vrind Photography © 1995-2024